Meanderende ruimtes
Naïf — Karrenberg, Hoeilaart

Deel je projecten met ons
Heb je de afgelopen twee jaar een project opgeleverd dat je met ons wilt delen? Laat het ons dan zeker weten!



Waar het Zoniënwoud overgaat in een dal van een kronkelende beek ligt een hellend perceel in een prachtig groen kader. Het Brusselse collectief Naïf bouwt er een woning voor zijn oprichter en zijn gezin. Het gebouw versterkt de kwaliteiten van het terrein, want vanop het hoogste punt leeft de familie er op het eerste verdiep. Zo is het panorama nog sterker. Zoals de tuin helt, bestaat het huis uit diverse plateaus die binnen en buiten verbinden. Trapsgewijs zijn de ruimtes georganiseerd, allen gericht op het schilderachtige uitzicht.
Vanuit de tuin is er een directe verbinding met de leefruimtes op de bovenverdieping, maar ook met de slaapvertrekken beneden. Om deze te bereiken moet men trappen doen, gevolgd door meer opstappen binnen. De tuin gaat over het half verzonken paviljoen dat de onderste bouwlaag inluidt. Verder leidt een eerste trap naar de eerste stop van het split level, dat zich doorheen de woning doorzet. Beide lagen zijn door meervoudige trapvormige barrières gescheiden van de tuin, maar vormen er net daardoor een intens complement van. Huis en tuin lezen als een parcours, waarin door middel van vloergehelen ruimtes worden afgebakend, of net in elkaar overlopen.
Daardoor zijn weinig wanden nodig in het pand. Ruimtes zijn helder omlijnd. Wanden definiëren waar gewild subruimtes, hoekjes voor een meubel of kunst, op de kruising tussen de verschillende functies. Overbodige ruimte voor velen, een bewuste keuze voor Naïf. “Leef- en slaapruimtes maken slechts de helft uit van de totale oppervlakte van de woning. De overige helft biedt plaats aan ateliers, ruimtes voor activiteiten en ambacht.” De woning is dan wel voor de oprichter van Naïf gebouwd, ze is expliciet niet op maat gemaakt. Er kunnen meerdere artiesten tegelijk werken, er is zelfs plaats om twee families te huizen. Het is de bedoeling dat het gebouw generaties overstijgt.
Dat blijkt zeker ook uit het materiaalgebruik. Langs de buitenzijde is de woonst een robuuste kubus met minimaal ornament. Net genoeg om te intrigeren. Het refereert naar industriële gebouwen in de buurt en eigent zich een taal toe alsof het daar al decennia staat. Binnen zet de robuustheid zich door in de vloeren: de ruimte dichtst bij de tuin heeft een vloer van klinkers in visgraatmotief. Elders zijn gepolierde betonnen vloeren, per ruimte versierd met tapijten. Erlangs staan met lichtgekleurde klei beklede wanden, onder een dak van houten balken. Resoluut koos Naïf voor materialen die mooi verouderen. De patine die het bouwwerk meekrijgt met de jaren is de meerwaarde.
Badend in het zuidelijke licht kijken de bewoners door de grote guillotineramen over hun tuin, hun parcours met in het midden een poel, naar het landschap. Of ze kijken vanuit hun slaapkamer naar de prachtige natuur. Het interieur loodst hen langs en uiteindelijk naar buiten. Het half ingegraven pand doet mysterieus aan vanop straat maar geeft stapsgewijs al zijn geheimen prijs.