Een verzameling van bijzondere momenten
Bovenbouw, De Drie Platanen, Oostende







Wie woon-zorgcentra zegt, denkt aan troosteloze gebouwen waarin ontroostbare mensen routineus de winter van hun leven slijten. Dat is bij De Drie Platanen in Oostende, ontworpen door Bovenbouw Architectuur, wel anders. Welkom in een complex dat van een zeldzame persoonlijkheid getuigt en zich inschrijft in het sociale weefsel van de hele buurt.
De man met de buldog is een kwartiertje later deze ochtend. Met versnelde tred loopt hij de Nieuwe Koerswijk in, geen tijd om – zoals gewoonlijk – even door het keukenraam te kijken wat er vandaag op het menu staat. De buurjongens fietsen klokvast om acht uur onder de living door, richting school en de polders. Een halfuurtje later stapt de kapster de bus uit en het gebouw binnen. Straks afspraak voor een knipbeurt. De kool lijkt intussen goed opgeschoten in de moestuin. Het veldje ernaast is vandaag flink bijgeharkt door de kinderen, die morgen met opa hun eigen groenten zullen planten. De dame met het paarse haar zit al sinds een uur of tien op haar terrasje beneden in te dommelen, sudoku op de schoot. Daarnet zijn ze aan de andere kant in de keuken aan de soep begonnen, tomaten zo te zien. Straks gaan we in het cafetaria kaarten met de vrienden uit de buurt, met een echte pint, geen tafelbier zoals hierboven. De zee kleurt mooi blauw vandaag. De platanen stellen het wel. Er wordt goed voor ze gezorgd sinds ze naar de achtertuin zijn versleept.
Een promenade architecturale
Woon-zorgcentra zijn vaak troosteloze plekken, waar uniformiteit en efficiëntie de basis vormen voor een meedogenloze routine. Niet zo in De Drie Platanen. Het woon-zorg- en dienstencentrum, ontworpen door Bovenbouw Architectuur, kreeg een heldere en functionele opbouw die op goedgekozen plekken is opgeladen met verrassing en beleving. Een halfronde leefruimte sluit aan op een groot dakterras dat uitkijkt op het achtergelegen park. Een fluwelen zithoek biedt rust met zicht op een stukje zee. De binnenkoer is versierd met mozaïekvlakken van kunstenaar Leon Vranken. De wandelgang aan de straatzijde neemt een lange trage bocht aan de binnenkant en ronde ramen zitten als kijkgaten in alle hoeken van het gebouw. De keuken kreeg een royaal zicht op straat. De machine van het woon-zorgcentrum verdwijnt achter een reeks bijzondere taferelen, door de architectuur zorgvuldig in scène gezet. Het resultaat is een gebouw met persoonlijkheid, een zeldzaamheid in een zorglandschap dat doorgaans kiest voor eenheidsworst en generieke architectuuroplossingen.
Met een gemiddelde leeftijd van 86 jaar verlaten de bewoners van De Drie Platanen zelden het gebouw. Het ontwerp investeert dus vooral in de rijkdom en diversiteit van de beleving van binnenuit. Een honderdtal kamers worden over drie verdiepingen rondom een ruime binnenkoer geschikt. Een doorlopende rondgang staat op elke verdieping centraal. Hij bestaat uit specifieke segmenten met elk een eigen vormelijk accent of verhaal: een binnengang met geknikt perpectief en een zithoek met uitzicht op de koer, een lange gebogen gang aan de straatzijde met overvloedig zicht op de stad, een rijkelijk beglaasde gang die neerkijkt op de kleurige mozaïeken, een reeks in elkaar overlopende leefruimtes aan de tuinzijde van het gebouw. Het gebouw maakt ruimte voor momenten van herkenning in de dagelijkse handel en wandel van de bewoners. De logica van de zorgverlening dient daarbij als strakke onderlegger: dementerende patiënten verdragen bijvoorbeeld geen doodlopende gangen, maar door het plan op bepaalde plekken te vervormen tot een bijzonderheid, schuift de rationaliteit naar de achtergrond.
Een context van referenties
Als inspiratie verwijzen de architecten naar de Villa Snellman van Gunnar Asplund: een statig, wat neutraal ogend herenhuis met een verrassend grondplan waarin de dingen subtiel zijn verschoven of toegeknepen, en waarin op de verdieping plots een ovalen kamer opduikt. Niet alleen de planopbouw, ook de binnenafwerking zorgt door onverwachte keuzes voor aparte momenten. Ze maken de menselijke schaal tastbaar in het gebouw. Eiken vloeren en deuren geven een robuust gevoel van vertrouwdheid. Een breed kleurenpalet doorbreekt de monotonie van opeenvolgende deuren en versterkt de herkenbaarheid van elke kamer. Gedeelde ruimtes krijgen een vilten wandbekleding en worden bemeubeld met alle mogelijke varianten uit de standaardcatalogus. Het is een heimelijke ode aan de leefruimte van de Villa Müller, een architecturaal verantwoord icoon van huiselijkheid waarvoor Adolf Loos persoonlijk tien verschillende stoelen en fauteuils geselecteerde. Triviale referenties mengen zich met de architecturale canon in een poging om zo oprecht mogelijk het gemoedelijke wonen op te roepen, zonder evenwel in een pastiche te vervallen.
Aan de buitenkant heeft het gebouw de compacte forsheid die het zware programma dicteert, hoewel ook hier subtiel wordt gesleuteld aan zijn gestalte. Zo worden raampartijen in geglazuurde kleurvlakken gevat om de veelheid ervan te verlichten en geeft een zacht kleurenpalet een maritieme toets – duinen, helmgras, parasols… – aan het gebouw. Langs deze typische invalsweg naar de stad, waar de betekenis van de stedelijke ruimte gaandeweg is weggeërodeerd, biedt de context weinig houvast. Dat laatste vinden de architecten ook hier in sterke citaten uit de eigen discipline – van Stirlings Neue Staatsgalerie en Holleins Museum Abteiberg tot Soanes Bank of England – en in een coherent gebaar dat de gebruiksruimte van de stad mee vorm kan geven. De site van De Drie Platanen vormt immers een belangrijk puzzelstuk in de plannen voor het Groen Lint, een fietsroute rondom Oostende die diverse landschappen met elkaar verbindt en structuur geeft aan de achterkanten van de stad. De bouwheer van De Drie Platanen, vzw Sint Monica, stapte mee in het bredere verhaal van de stad en voegde zijn perceel toe aan de opdracht voor een masterplan voor het achterliggende gebied, het Park De Nieuwe Koers.
Dat masterplan omvat zowel het woon-zorgcentrum als een aansluitend parkgebied met volkstuintjes, een evenementenweide en een nieuwe sterrenwacht. Het werd een van de opdrachten in de Meesterproef die de stad samen met de Vlaams Bouwmeester in 2014 organiseerde. Catherine Pyck, de laureaat van de Meesterproef, voorziet op het achtergelegen terrein een weids natuurlandschap dat sporadisch wordt gemaaid voor evenementen. Tussen dit wilde landschap en het gebouw in ligt een helder raster van volkstuintjes, aangevuld met een kleine parkeervlakte. Het fietspad loopt als een rode draad door de sequens van groene plekken waarvan het woon-zorgcentrum aan de steenweg het stedelijk gezicht vormt, als een groot huis met een overmaatse achtertuin om aangenaam in te fietsen.
Een collage van publieke binnen- en buitenruimte
De architecten van Bovenbouw – aansluitend geselecteerd via een Open Oproep – pikten de intenties van het masterplan gretig op en maakten van de publieke doorsteek de kern van hun ontwerp. Terwijl op de bovenverdiepingen het huiselijke domineert, biedt de benedenverdieping onvoorwaardelijk plaats aan de gemeenschap, zowel die van de bewoners als die van de buurt. Als in een dorpskern vermengen een aantal min of meer publieke interieurs zich met buiten: een werkplaats (de grootkeuken), een kapel of stille ruimte, een café, een ‘winkelstraat’ en een polyvalente ‘parochiezaal’ zijn bereikbaar vanuit een centrale inkomhal en het pleintje van de binnenkoer. Vijf assistentiewoningen met tuinterras sluiten aan, als een reeks rijhuisjes, met een eigen gedeelde toegang aan de straat. Het fietspad naar het Groen Lint loopt over het plein en door het gebouw.
Aan de straatkant plooit de gevel zich uitnodigend naar binnen, waardoor een plek ontstaat voor de busstop die enkele meters werd verplaatst. De opgetilde façade maakt vanaf de steenweg het zicht vrij naar het achtergelegen park. Een perspectief dat de plek overstijgt en ze oplaadt met fietsende schooljongens, buurtwandelaars en dagjestoeristen. De drempel tot het gebouw zelf wordt bewust laag gehouden door een naar de wijk gerichte programmatie. Vanuit de inkomhal bereikt men een reeks kantoortjes die verhuurd worden aan maatschappelijke dienst- en zorgverleners zoals een ergotherapeut, een dokterspraktijk, een kapperszaak of een dienstenchequebedrijf. Langs een kleine patio loopt men door naar het restaurant dat uitgeeft op de volkstuintjes en ook serveert aan de buurtbewoners en de passanten van het Groen Lint.
De naadloze integratie van het gebouw in de publieke ruimte van het park toont hoe beleidsmakers en particulieren samen aan de stad kunnen bouwen, en hoe verschillende noden en ambities in één ruimte kunnen samenvallen. De volkstuintjes animeren het woon-zorgcentrum, maar zijn ook een meerwaarde voor de buurt. Het fietspad biedt ontspanning in het weekend, maar legt ook een belangrijke verbinding in de routine van elke dag. Bij dit verschuiven tussen publieke en private sferen, werden ook drie 80-jarige platanen van de straatkant naar de buurttuin achter het gebouw getrokken, honderd meter verder. Een spectaculaire geste die het gebouw meteen zijn nieuwe naam opleverde. De platanen stellen het wel, net als de nieuwe bewoners. Ze staan symbool voor deze nieuwe plek op de mentale kaart van de Oostendenaars, waar een begeesterde bouwheer, laureaat van de Prijs Wivina Demeester voor excellent bouwheerschap 2019, meebouwt aan het sociale weefsel van een buurt en een essentiële schakel bleek binnen de ruimtelijke ambities van de stad.

In samenwerking met

Architect Bovenbouw Architectuur
Website bovenbouw.be
Official project name De Drie Platanen
Location Ostend, Belgium
Programme 98 rooms for elderly people, 5 service flats, cafeteria, service centre
Procedure Competition (Open Call OO2704)
Client Sint-Monica
Lead contractor BAM
Landscape architect Landinzicht
Public realm Mahieu
Structural engineering Establis
Services engineering Ingenium
Building physics RaCo
Completion February 2019
Total floor area 7,800 m2
Budget € 11,600,000 (excl. VAT and fees)
Products / suppliers Reynaers (windows), Wienerberger (façade brick), Renson (awning), Bomarbre/Stone (marble mosaic floors), Idealfelt (felt wall covering)